✍️ Ronald van der Horst
De KNLTB sloot het jaar 2018 af met twee jaarcongressen. Dit jaar niet meer gekoppeld aan de NK, maar als losse congressen. Voor de congressen geen verschil, maar voor het NK jammer, aangezien er dan minder mensen zich betrokken voelen bij het evenement. Juist het gelijktijdig organiseren van evenementen versterken elkaar.
De beide jaarcongressen waren wat betreft uitstraling een 10+. Ik ben bij heel veel congressen geweest en deze congressen staan ruim op één als je naar de entourage kijkt. Met vers gezette koffie, videoprojecties op grote schermen, een lunch met heerlijke broodjes bij veel uitgifte punten. Zo luxueus heb ik het nog nooit gezien. Beide congressen waren super georganiseerd met veel personeel van het Bondsbureau, waardoor alles zeer snel en goed georganiseerd was.
Maar eigenlijk is het vooral een presentatie voor de bühne. Want als je wat dieper ingaat op de beide congressen dan kun je hier toch wel wat vraagtekens bij zetten. Het trainerscongres is eigenlijk een must voor de KNLTB om haar systeem voor PO punten in stand te houden. Je moet, om je licentie te behouden, ieder jaar 24 punten halen binnen 2 jaar. Dat is dus 12 punten per jaar. Door 6 punten aan het jaarcongres te koppelen heb je al de helft binnen. Dat is ook de reden dat 1250 trainers met een licentie naar het congres komen (van de 2000). Het is helemaal gratis en je ziet veel oude bekenden. Maar als je naar de doelstelling van het PO punten systeem kijkt, het beter laten functioneren van de trainer in de praktijk, dan is dat op het congres ver te zoeken. Net zoals je een hoofdsponsor bij een evenement de ruimte geeft om zich te presenteren, moet de KNLTB op zijn gesponsorde jaarcongres dat ook doen. Erik Poel en Jacco Eltingh komen met heel veel cijfers over het jeugdtennis. Zij trekken uit de cijfers hun conclusie en presenteren dat op het trainerscongres. In feite levert het aanhoren van deze cijfers je 2 PO punt op. Wordt je daar een betere trainer van? Ook de rest van de dag is vooral het voldoen aan de aanwezigheid wat je de punten oplevert. Alleen de enthousiaste presentatie over de service van Simon Wheatley was direct toepasbaar voor de praktijk.
Ik zag om mij heen dat het gepresenteerde de week daarna meteen in de praktijk uitgeprobeerd werd. Dit was eigenlijk een voorbeeld van hoe het zou moeten. Ook als je de Engelse taal niet zo machtig bent, waren de beelden en de uitleg meer dan voldoende om het te begrijpen. Maar hoe kan je nu als slotspreker de Canadees Stefan Underwood uitnodigen, die een theoretisch verhaal in het Engels gaat presenteren waar een trainer niets mee kan doen. Later hoorde ik zeer enthousiaste verhalen dat Stefan een zeer inspirerende en goede praktijksessie op de zaterdag na het congres aan een select gezelschap had gegeven. Het was beter geweest als dat voor het congres had plaatsgevonden en dat met de beelden de trainers geïnspireerd naar huis waren gegaan Als ik dan terug naar huis rij dan kijk ik altijd naar de inspiratie die ik heb opgedaan. Hoeveel energie heeft het mij opgeleverd om mijn lesgeven een nieuwe impuls te geven? En dat was na dit congres maar een heel klein beetje. Het trainerscongres kost minimaal € 100.000. Ik stel dus voor om het trainerscongres af te schaffen. Laat de trainers maar 6 punten per jaar te hoeven behalen. Dat bespaart je een ton. Stop dat in het ondersteunen van bijscholingen in kleinere settings. Hierdoor krijg je meer interactie en krijg je de kans om persoonlijk ook te groeien. Er is dan ook de mogelijkheid om sessies op de baan te doen. Mocht de KNLTB toch een trainerscongres houden dan vind ik een kleine bijdrage geen enkel probleem. Dat geeft de mogelijkheid om meer workshops aan te bieden, waardoor er in kleinere groepen meer interactie en maatwerk kan zijn voor iedere trainer met inhoudelijk meer diepgang.
Het jaarcongres voor de bestuurders gaf voor mij veel meer inspiratie. De boodschap van Erik Scherder was eigenlijk een beetje in dezelfde hoek als de slotspreker bij het trainerscongres. Alleen het was in het Nederlands en Erik Scherder is vooral een bespeler van het publiek. Datzelfde gold voor de slotspreker Berend Rubingh. Ook zijn boek, dat alle tennisverenigingen namens de KNLTB cadeau gaan krijgen, zou wat mij betreft ook door trainers kunnen worden aangeschaft. Dat zou dan best wel 2 PO punten mogen opleveren. Een boek vol inspiratie!
Maar voor mij was het betoog van Prinses Laurentien het meest inspirerend. Van haar moesten we vooral luisteren naar kinderen. Die komen dan vaak met de beste oplossingen voor problemen. Dus geen top-down beslissingen. Laat dat nu juist de manier van werken bij de KNLTB zijn geworden. Ook bij dit congres moesten de verenigingen de kinderen meer competitie laten spelen. Maar luistert de KNLTB wel naar de kinderen? Je kunt dit ook heel makkelijk doortrekken naar de manier van werken bij het doordrukken van verkort spelen. Worden de spelers wel gehoord??
Ook dit Jaarcongres kost minimaal € 100.000. Is dat het waard? In het begin van het congres werd gemeld dat gemiddeld 2 bestuurders per vereniging de moeite hadden genomen om naar het jaarcongres te komen. Dus de 800 deelnemers vertegenwoordigde 400 verenigingen. Blijkbaar vonden 1200 verenigingen het niet de moeite om naar Nieuwegein te komen. Hoe groot moet de afstand dan niet zijn tussen de top van de KNLTB en de verenigingen. Een zaak om je zorgen over te maken. Ik ging van het jaarcongres voor bestuurders wel met een goed gevoel naar huis. Het maakt mij niet beter als trainer, maar er waren wel veel dingen om over na te denken. Ik ben een groot voorstander van bijscholing. Zeker als het je motiveert en je er meteen wat mee kan in de praktijk. Dan vind ik het helemaal niet erg om daar tijd en geld in te steken. Dat staat helemaal los van de punten. En dat geldt denk ik ook voor best wel wat collega’s voor de workshop tijdens de NK. Ik denk dat ze vooral voor de lezing van Raymond Knaap over coachen de hele verre reis naar Alphen a/d Rijn hadden gekozen. Ik zag bijvoorbeeld collega’s uit Groningen, Enschede en Limburg. Het gaat dus om maatwerk in inspiratie! Workshops voor coaches bij topsport evenementen en workshops voor de praktijk bij de trainers om de hoek.
Met hartelijke groet
Ronald van der Horst